Buurtschooltje in Bonheiden krijgt tweede leven als co-housingproject Mart Garden
De jongensschool, in 1871 ontworpen door provinciaal bouwmeester Leonard Blomme, werd na diens sluiting door het gemeentebestuur verhuurd aan ‘Ontmoetingscentrum Mart, Centrum Witte Vlag en Museum A. Gille, schilder-beeldhouwer’ en ter beschikking gesteld van plaatselijke verenigingen. Rond 2016 konden kandidaat-kopers hierop een bod bij de gemeente uitbrengen en hun project verdedigen. “Wij wonnen die wedstrijd en dienden op 3 augustus 2018 een bouwaanvraag in. De bouwwerken startten in april 2021; het project, waarvan de laatste fase werd uitgevoerd door Id Build uit Aalst, was begin 2025 klaar. Het ganse terrein bestrijkt een oppervlakte van 2.541,5 m2. De bebouwde oppervlakte beslaat 911,3 m2. Het nieuwe project is 20 tot 30% groter dan oorspronkelijk”, meldt architect Tom Verschueren, zaakvoerder van dmvA architecten.
dmvA architecten werkte samen met ontwikkelaar Hans Eeckman (Atina uit Bonheiden), die veel belang hechtte aan sociale cohesie en contact tussen de bewoners. Het trachtte de collectieve dynamiek van de voormalige school te vertalen naar een hedendaagse woonvorm met respect voor het verleden. De site ademt interactie en biedt zijn bewoners tegelijk voldoende privacy.
“Deze plek vormt een deel van het collectieve geheugen, waarmee we als architect en projectontwikkelaar rekening moeten houden. Daarom hebben we de originele gevel van dit landelijke dorpsschooltje en de oude directeurswoning aan de Plasstraat met hun belangrijke beeldwaarde, vastgelegd als bouwkundig erfgoed, bijna volledig behouden en gerenoveerd zodat de locatie herkenbaar blijft. De baksteenbouw met zadeldak werd grotendeels bewaard, terwijl alle minder kwalitatieve toevoegingen aan de achterzijde werden afgebroken. Dichtgemetselde raamopeningen werden opengewerkt en daarin werden nieuwe ramen met smalle profielen geplaatst”, vertellen Tom en Hans.
Het landelijke dorpsschooltje en de oude directeurswoning hadden een belangrijke beeldwaarde, waardoor ze werden gecatalogeerd als bouwkundig erfgoed.
Achter het schoolgebouw creëerden ze een woonerf geïnspireerd op de typologie van een vierkantshoeve door een U-vormig nieuw bouwvolume toe te voegen rond een centraal plein als besloten publieke buitenruimte. Dit goed toegankelijk binnengebied met oog voor groen en ontspanning buiten (wellness, tafeltennis, volleybal, petanque, barbecue, …) is het kloppende hart van het collectieve gebeuren. Een lusvormig pad verbindt alle woonentiteiten, waarvan alle toegangen behalve die van de directeurswoning zich aan het binnenplein bevinden. “Zo willen we bewoners in een vorm van co-housing met elkaar in contact brengen. Aan de oostzijde bouwden we een “gemeenschappelijk paviljoen” waarvan alle bewoners gebruik kunnen maken en de kosten delen. Het beschikt over een gemeenschappelijke wasplaats met wasmachines en droogkasten, een berging en een atelier/polyvalente ruimte met een keukentje die zich flexibel leent voor feestjes en workshops of als co-workingplek. Op verzoek van de bouwheer werd in de nieuwbouwvleugel nog een tweede collectieve ruimte voorzien met een extra slaapkamer inclusief douche en toilet voor gasten van bewoners. De gemeenschappelijke groenzone achter de woningen biedt plaats aan volkstuintjes en speelzones”, licht de architect toe
Dit concept leent zich voor bewoners die een eigen woonplek willen en tevens inzetten op intelligent en economisch verantwoord delen en samenleven.
Mart Garden combineert dus moderne, energiezuinig ingerichte privatieve ruimte met extra gemeenschappelijke ruimtes en een gezamenlijk aanbod, waarbij wordt ingezet op delen. De inwoners bezitten privatieve tuintjes of terrassen die uitgeven uit op de collectieve binnentuin.
De nieuwbouw achter de vrij gesloten directeurswoning heeft dezelfde vormgeving als het schoolgebouw met schuine, hellende daken. Diens hedendaagse vertaling van het zadeldak zorgt voor schaalverkleining en een subtiele aansluiting tegen het bestaande gebouw: hoewel hij twee bouwlagen (GV en +1) omvat, past hij zich door het zadeldak aan t.o.v. het schoolgebouw en de omliggende woningen. Het dak steekt 50 cm tot 1,5 m uit, waardoor het als bescherming tegen de natuur fungeert en geborgenheid biedt aan de bewoners. “Elk appartement is tevens uniek qua grootte en indeling. Dat legt gevoel in het project en is een vorm van sociale duurzaamheid die het welzijn van de bewoners verhoogt”, stipt Tom aan.
13 woonentiteiten
In het schoolgebouw werd de zoldervloer vervangen door een lagere verdiepingsvloer zodat twee volwaardige niveaus werden gecreëerd en werden drie duplexwoningen ingericht. In de directeurswoning op de hoek bevinden zich een gelijkvloers eenslaapkamerappartement en een drieslaapkamerappartement (gezinswoning) op de eerste en tweede verdieping. In de nieuwbouw situeren zich aan de oostzijde boven de gemeenschappelijke ruimte een eenslaapkamerappartement achteraan, aan de noordoostkant op het gelijkvloers een eenslaapkamerappartement en op de eerste verdieping een tweeslaapkamerappartement. In de hoofdvleugel van de nieuwbouw werden drie duplexwoningen met drie slaapkamers ingericht. De westzijde van de nieuwbouw bevat een gelijkvloers eenslaapkamerappartement en op +1 een tweeslaapkamerappartement.
De mix van ruime gezinswoningen, doorsnee- en iets kleinere eenslaapkamerwoningen zorgt ook voor een mix van bewoners, wat collectief een meerwaarde creëert. Alle privatieve wooneenheden zijn uitgerust met smart technology. Ze krijgen overvloedig lichtinval door grote raampartijen en kunnen dankzij doorzontypologieën zowel profiteren van de zuidgerichte voorgevel als van het achterliggende groen.
De mix van ruime gezinswoningen, doorsnee- en iets kleinere eenslaapkamerwoningen garandeert een mix van bewoners, wat collectief een meerwaarde creëert.
“We hebben de onderhoudsarme rode bakstenen gevel van het schoolgebouw ook laten kaleien om een frissere ‘look’ te bekomen en de aansluitende nieuwbouw opgetrokken in witte baksteen. De binnenkoer en de gemeenschappelijke buitenruimte vangen eveneens veel licht en stralen een opgewekte frisheid uit. Wit verruimt bovendien en zorgt in combinatie met de dakrandoversteek in natuurkleurig geanodiseerd aluminium voor een eenvoudige architectuur. De ramen zijn uitgevoerd in wit gepoedercoat aluminium. De voorbouw werd bekleed met rode Pottelbergdakpannen en de nieuwbouw met aluminium dakplaten”, vertelt Tom. “De kopers konden tijdens het bouwproces hun keuze maken bij de leveranciers. Naarmate het project vorderde, heb ik wel zelf keuzes gemaakt”, voegt Hans hieraan toe.
Alle bewoners hebben een privatieve kelder en onder de nieuwe vleugel zit nog een beperkte gemeenschappelijke kelderruimte voor nuts- en technische voorzieningen en de gemeenschappelijke geothermische warmtepomp; de achtertuin zit trouwens vol leidingen en collectoren voor de geothermie. Het duurzame warmtepompsysteem bespaart 40 tot 50% verwarmingskosten, is milieu- en onderhoudsvriendelijk en verhoogt het comfort door een gelijkmatige binnentemperatuur en weinig luchtbeweging of tocht. Privatieve zonnepanelen produceren elektriciteit voor de woonentiteiten, terwijl een aantal zonnepanelen van de VME (vereniging van mede-eigenaars) gemeenschappelijke faciliteiten zoals de jacuzzi en de verlichting van de buitenruimte voeden. Alle woningen hebben een E-peil lager dan 20.
“Dit project is een schoolvoorbeeld van hoe je als projectontwikkelaar een meerwaarde kan bieden”, menen Tom Verschueren (l.) en Hans Eeckman (r.).
De inwoners bezitten privatieve tuintjes of terrassen die uitgeven op de collectieve binnentuin.
Alle bewoners hebben een privatieve kelder en onder de nieuwe vleugel zit nog een beperkte gemeenschappelijke kelderruimte voor nuts- en technische voorzieningen en de gemeenschappelijke geothermische warmtepomp; de achtertuin zit trouwens vol leidingen en collectoren voor de geothermie. Het duurzame warmtepompsysteem bespaart 40 tot 50% verwarmingskosten, is milieu- en onderhoudsvriendelijk en verhoogt het comfort door een gelijkmatige binnentemperatuur en weinig luchtbeweging of tocht. Privatieve zonnepanelen produceren elektriciteit voor de woonentiteiten, terwijl een aantal zonnepanelen van de VME (vereniging van mede-eigenaars) gemeenschappelijke faciliteiten zoals de jacuzzi en de verlichting van de buitenruimte voeden. Alle woningen hebben een E-peil lager dan 20.
Voor de bewoners werden ook 13 ruime privé-autoparkeerplaatsen ingericht. Voor de onderwijzerswoning langs de straatkant is er een parkeerzone voor eventuele bezoekers; de overige parkeerplaatsen bevinden zich op de site. Aan de straatzijde situeren zich tevens twee parkeerplaatsen voor autodelen. Daarenboven werden 44 privatieve overdekte fietsenparkings – één tot vijf per bewoner - voorzien. Zelfs bekabeling voor elektrische laadpalen werd gelegd.
Het centrale binnenplein is het kloppende hart van het collectieve gebeuren.
Deelwagens
De VME huurt twee deelwagens die gebruikt kunnen worden door de bewoners en tevens een service kunnen bieden voor de buurt en zo een bron van inkomsten voor de VME kunnen genereren. De autosleutels hangen in kluisjes in een lokaal, die kunnen geopend worden met een code. De VME bepaalt zelf hoe intensief zij die auto’s ter beschikking stelt van derden.
Zowat 25% van de site is bebouwd. In de overige 75% is plaats voor functioneel groen - speelgroen, volkstuintjes en een groene parking -, een aanleg die de biodiversiteit ondersteunt. Een regenwaterput van 10.000 liter voldoet aan de ruimtelijke verordening hemelwater; het regenwater kan worden gerecupereerd in functie van de irrigatie van de groenaanleg. Er is zo weinig mogelijk verharde oppervlakte voorzien, het regenwater van de daken wordt opgevangen en gerecupereerd voor de spoeling van een toilet en kan gebruikt worden voor het groenonderhoud, en overtollig water wordt afgevoerd.
Goeie architectuur start met goed opdrachtgeverschap.
dmvA architecten ontwierp onder meer ook BS Balder in de Brusselse gemeente Sint-Gillis, het decor van de VRT-docureeks ‘Basisschool Balder’.
Sterk in binnenstedelijke invullingen en scholenbouw
De samenwerking tussen de ontwikkelaar en Tom tijdens dit project verliep erg vlot. “dmvA is erg sterk in het optimaliseren van de binnen- en buitenruimte om hiervan semipublieke ruimte te maken”, looft Hans. “Goeie architectuur start met goed opdrachtgeverschap en hier zaten we op dezelfde lijn. In Bonheiden hebben we ons concept voor (vaak stedelijke invul)projecten in Mechelen, waarbij we wat goed is laten staan en er iets nieuws aan toevoegen, toegepast in een landelijke omgeving”, licht Tom toe.
dmvA bestaat bijna dertig jaar en wordt geleid door de vennoten Tom Verschueren en David Driesen. “David en ik leerden elkaar in 1993 kennen toen we samen in Antwerpen Monumentenzorg studeerden, waardoor onze voorliefde voor bestaande architectuur is ontstaan. We zijn samen gestart vanuit een idealisme om hedendaagse conceptuele en visionaire architectuur te maken. Mechelen heeft onder burgemeester Bart Somers de jongste twintig jaar een enorme transformatie doorgemaakt en dmvA is met zijn binnenstedelijke architectuur gevolgd in de slipstream van deze stedelijke omgeving. We ontwerpen vaak nieuwe scholen: tot onze projecten behoren Ecole 13 in Sint-Jans-Molenbeek, BS Balder vlakbij het Zuidstation in Sint-Gillis, The Cube, Vives Hogeschool in Kortrijk, GO! Zavelput in Sint-Agatha-Berchem en Maaklab, Vives hogeschool. We wonnen ook de wedstrijd voor de extensie van de GO! school KA Beveren”, signaleert de zaakvoerder-architect.